Hoogleraar Theologie en Letteren, Joure

Elisa Annes Borger

26/02/1784
12/10/1820
1 / 1

Het verhaal van Elias Annes Borger

Elias Annes Borger hoogleraar in de theologie en letteren, hij trouwde in 1814 met Jonkvrouwe Abrahamina van der Meulen , een jaar later stierf zij in het kraambed, in 1819 trouwde hij opnieuw met Jonkvrouwe Cornelia Scheltema. Begin 1820 stierf zij ook in het kraambed met het pasgeboren kind ,(vanuit de Hooglandse kerk herbegraven in dit graf). Als gevolg hiervan raakte Borger in een zware depressie. Zijn emoties uitte hij in zijn gedicht ode Aan de Rhijn in de lente van het jaar 1820. De laatste drie regels van luidde; Druk zacht mijn doode ,lijkgesteente, en dek eerlang mijn gebeente, bij het overschot dat mij behoort. In dit graf liggen ook begraven Godefridus Johannes Schacht predikant te Dordrecht, zijn vrouw Anna Maria van der Meulen, haar zus Clara Petronella Hendrina van der Meulen, en Petrus Abraham Borger, zoon van Elias Anne predikant te Amerongen.

Elias Annes Borger was een zoon van Anne Kerstens Borger en Sibbeltje Tieles Tieleman. Zijn vader was koopman en jeneverstoker in Joure. Een gevelsteen aan de Midstraat 5 in Joure verwijst naar het feit dat dit zijn geboortehuis was. Borger bleek namelijk al op zeer jonge leeftijd zeer begaafd en werd daarom ook wel 'het Friese wonder' genoemd. Zijn vader had liever gezien dat hij een 'echt vak' leerde, maar zijn moeder en anderen ondersteunden hem om te groeien in kennis. In Joure leerde Borger Latijn en Grieks. Op 17-jarige leeftijd trok hij naar Leiden om met beperkte middelen te studeren voor het predikant schap. Op 7 juni 1807 promoveerde hij tot doctor in de Godgeleerdheid. Ambities om tot Buitengewoon Hoogleraar te worden benoemd werden vertraagd door de inlijving van de Nederlanden bij Frankrijk. Na het vertrek van de Fransen in 1815 werd hij gewoon hoogleraar in de theologie. In 1817 werd Borger ook nog aangesteld tot hoogleraar in de algemene geschiedenis en Griekse letterkunde. Elias Borger trouwde in 1814 met jonkvrouw Abrahamina van der Meulen, de zus van een Amsterdamse predikant. Een jaar later stierf zij echter in het kraambed. In 1819 trouwde hij opnieuw, ditmaal met jonkvrouw Cornelia Scheltema. Begin 1820 stierf ook zij in het kraambed, samen met een pasgeboren kind. Als gevolg hiervan raakte Borger in een zware depressie, waarbij hij slechts bij zijn overleden dierbaren wilde zijn. Zijn emoties uitte hij in zijn ode Aan den Rhijn in de Lente van het Jaar 1820. Acht maanden na de dood van zijn tweede vrouw overleed ook Borger, op 36-jarige leeftijd. Hij werd begraven in Katwijk. Ter nagedachtenis aan Borger zijn er een school en een Scoutinggroep (De Borgergroep) naar hem vernoemd. De E.A. Borgerschool is een protestantse basisschool in Joure. Zowel in Joure als in Katwijk is een straat naar hem genoemd, de E.A. Borgerstraat. In Amsterdam, Rotterdam en in Leiden is een Borgerstraat; in Amsterdam ook een Borgerbuurt. In Voorburg is een straat aan het water naar hem vernoemd: Elias Annes Borgerkade. Borgers naam en zijn dichtstuk Aan den Rhijn in de Lente van het Jaar 1820 zijn door Hildebrand (Nicolaas Beets) in diens Camera Obscura vereeuwigd. In het gedeelte over de familie Stastok wordt Borgers gedicht door mevrouw Dorbeen op weinig succesvolle wijze voorgedragen. De Rederijkerskamer Borger uit Borger is eveneens vernoemd naar Elias Annes Borger.

 

Foto's monument